1. Binnen 18 maanden na de goedkeuring van de in artikel 4, lid 1, vermelde lijst beschikken de lidstaten over een officieel toezichtssysteem dat gegevens over het voorkomen van invasieve uitheemse soorten in het milieu verzamelt en opslaat door middel van onderzoek, monitoring of andere procedures om de afwezigheid te bevestigen, de eerste binnenkomst op te sporen of de verspreiding van invasieve uitheemse soorten in de Unie te voorkomen.
1. Dans un délai de 18 mois à compter de l'adoption de la liste visée à l'article 4, paragraphe 1, les États membres disposent d'un système de surveillance officiel qui collecte et enregistre les données sur l'apparition dans l'environnement d'espèces exotiques envahissantes au moyen d'études, de dispositifs de suivi ou d'autres procédures afin de confirmer l'absence d'espèces exotiques envahissantes, d'en détecter la première arrivée ou d'en prévenir la propagation dans l'Union.
