3.4. De in de punten 3.2.5 tot en met 3.2.7 en 3.3 vermelde verlichtingssterkten worden gemeten met behulp van een fotocel met een nuttig oppervlak, dat valt binnen een vierkant met zijden van 65 mm.
3.4. L'éclairement sur l'écran prévu aux points 3.2.5 à 3.2.7 et 3.3 doit être mesuré au moyen d'un photorécepteur de surface utile comprise à l'intérieur d'un carré de 65 mm de côté.