Vertaling van "november 2001 waarbij de heer francis molitor " (Nederlands → Frans) :

Artikel 1. Het koninklijk besluit van 8 november 2001 waarbij de heer Francis Poty, geboren te Ciney op 10 april 1946, werd aangeduid als gemachtigde, belast met het toezicht op de naleving van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en haar uitvoeringsbesluiten, wordt opgeheven met ingang van 1 augustus 2008.
Article 1 . L'arrêté royal du 8 novembre 2001, portant sur la désignation de M. Francis Poty, né à Ciney le 10 avril 1946, comme mandataire, chargé de surveiller les respect de la loi du 15 avril 1994 relative à la protection de la population et de l'environnement contre les dangers résultant des rayonnements ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire et de ses arrêtés d'exécution, est abrogé à partir du 1 août 2008.

Art. 2. Het koninklijk besluit van 8 november 2001 waarbij de heer Francis Molitor, geboren te Bertogne op 10 maart 1946, werd aangeduid als gemachtigde, belast met het toezicht op de naleving van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en haar uitvoeringsbesluiten, wordt opgeheven met ingang van 30 april 2007.
Art. 2. L' arrêté royal du 8 novembre 2001, portant sur la désignation de M. Francis Molitor, né à Bertogne le 10 mars 1946, comme mandataire, chargé de surveiller le respect de la loi du 15 avril 1994 relative à la protection de la population et de l'environnement contre les dangers résultant des rayonnements ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire et de ses arrêtés d'exécution, est abrogé à partir du 30 avril 2007.

De heer Steverlynck verwijst naar een arrest van het Hof van cassatie (16 november 2001) waarbij wordt gesteld dat de verschoonbaarheid een persoonlijke exceptie is.
M. Steverlynck évoque un arrêt de la Cour de cassation (16 novembre 2001) qui dispose que l'excusabilité est une exception personnelle.

Overwegende dat de koninklijke besluiten van 8 november 2001 waarbij de heren Francis Molitor, geboren te Bertogne op 10 maart 1946, en Christian Hunin, geboren te Ukkel op 29 november 1957, werden aangeduid als gemachtigde, belast met het toezicht op de naleving van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en haar uitvoeringsbesluiten, werden opgeheven bij koninklijk besluit van 14 april 2008 betreffende de opheffing van de aanduiding van gemachtigden, belast met het toezicht op de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en haar uitvoeringsbesluiten,
Considérant que les arrêtés royaux du 8 novembre 2001, portant sur la désignation des MM. Francis Molitor, né à Bertogne le 10 mars 1946, et Christian Hunin, né à Uccle le 29 novembre 1957, comme mandataire, chargée de surveiller le respect de la loi du 15 avril 1994 relative à la protection de la population et de l'environnement contre les dangers résultant des rayonnements ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire et de ses arrêtés d'exécution, sont abrogés par l'arrêté royal du 14 avril 2008 portant sur l'abrogation de la désignation des mandataires, chargés de surveiller le respect de la loi du 15 avril 1994 relative à la protection de la population et de l'environnement contre les dangers résultant des rayonnements ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire et de ses arrêtés d'exécution,

Gelet op de koninklijke besluiten van 8 november 2001 waarbij de heren Francis Molitor en Christian Hunin werden aangeduid als gemachtigde, belast met het toezicht op de naleving van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle en haar uitvoeringsbesluiten;
Vu les arrêtés royaux du 8 novembre 2001 par lesquels MM. Francis Molitor, et Christian Hunin étaient désignés comme mandataire, chargé de surveiller le respect de la loi du 15 avril 1994 relative à la protection de la population et de l'environnement contre les dangers résultant des rayonnements ionisants et relative à l'Agence fédérale de Contrôle nucléaire et de ses arrêtés d'exécution;

De heer Claes verwijst naar het verslag van de werkgroep van 2 juli 2009, waarbij aanbevolen wordt : « 6. rekening te houden met de wet van 7 mei 2000, gewijzigd bij de wet van 13 november 2001, die dotaties met een persoonlijk karakter toekent aan Prinses Astrid en Prins Laurent» (stuk Senaat, nr. 4-1335/1, p. 93).
M. Claes fait référence au rapport du groupe de travail du 2 juillet 2009, dans lequel il est recommandé: « 6. de tenir compte de la loi du 7 mai 2000, modifiée par la loi du 13 novembre 2001, qui instaure un régime de dotations personnelles pour la Princesse Astrid et pour le Prince Laurent » (doc. Sénat, nº 4-1335/1, p. 93).

Mevrouw Temmerman en de heer Anciaux dienen het amendement nr. 10 in dat ertoe strekt een nieuw punt 5bis in te voegen waarbij verwezen wordt naar de tenuitvoerlegging van de wet van 28 november 2000, inwerking getreden op 27 maart 2001, ter invoering van artikel 409 van het Strafwetboek.
Mme Temmerman et M. Anciaux déposent l'amendement nº 10 visant à insérer un point 5bis nouveau qui concerne l'exécution de la loi du 28 novembre 2000, entrée en vigueur le 27 mars 2001, insérant l'article 409 dans le Code pénal.

Het koninklijk besluit van 8 november 2001 waarbij de heer Vandenreycken, Benny, is benoemd tot werkend rechter in sociale zaken, als werknemer-arbeider bij de arbeidsrechtbank van Hasselt, wordt ingetrokken en vervangen door het koninklijk besluit van 10 januari 2002 waarbij de heer Vandenreyken, Benny, is benoemd tot werkend rechter in sociale zaken, als werknemer-arbeider, bij de arbeidsrechtbank van Hasselt, ter vervanging van de heer Wijnen, Edouard, wiens mandaat hij zal voleindigen.
L'arrêté royal du 8 novembre 2001 par lequel M. Vandenreycken, Benny, est nommé juge social effectif au titre de travailleur-ouvrier près le tribunal du travail d'Hasselt est rapporté et remplacé par l'arrêté royal du 10 janvier 2002 par lequel M. Vandenreyken, Benny, est nommé juge social effectif au titre de travailleur-ouvrier près le tribunal du travail d'Hasselt en remplacement de M. Wijnen, Edouard, dont il achèvera le mandat.

Zoals meegedeeld in mijn antwoord op de parlementaire vraag nr. 354 van 18 november 2004 van de heer Luk Van Biesen heeft het BIPT inderdaad in 2001 een rondetafel opgestart met als doel te komen tot een meer gestandaardiseerde regeling inzake het aanbrengen van anti-reclame stickers gekoppeld aan het gebruik van een logo op de zending waarbij de uitgever aangeeft tot welke categorie de zending behoort.
Comme communiqué dans ma réponse à la question parlementaire n° 354 du 18 novembre 2004 de M. Luk Van Biesen, l'IBPT a effectivement lancé, en 2001, une table ronde en vue d'aboutir à un règlement davantage standardisé en ce qui concerne l'application d'autocollants anti-publicités, prévoyant en même temps l'usage d'un logo sur les envois par lequel l'éditeur indique la catégorie dont relève l'envoi.

In antwoord op een vraag stelt u dat «in de huidige stand van de wetgeving de invoeginterim het enige geval is waarbij een uitzendbureau iemand kan aanwerven met een arbeidsovereenkomst van onbepaalde tijd om hem dan nadien ter beschikking te stellen van een gebruiker» (vraag nr. 154 van 21 november 2000 van de heer Delizée, Vragen en Antwoorden, Kamer, 2000-2001, nr. 56, blz. 6385).
En réponse à la question n° 154 du 21 novembre 2000 de M. Delizée (Questions et Réponses, Chambre, 2000-2001, n° 56, p. 6385), vous précisez notamment que «dans l'état actuel de la réglementation, l'intérim d'insertion constitue le seul cas où un bureau de travail intérimaire peut engager quelqu'un dans les liens d'un contrat de travail à durée indéterminée afin de le mettre, par la suite, à la disposition d'un utilisateur».