In antwoord op mijn vraag nr. 23 van 14 juli 1995 liet de minister weten dat hij het zogenaamde elektronisch huisarrest niet a priori opzij wou schuiven maar dat hij alvorens hieromtrent een beslissing te treffen, van de Dienst Strafrechtelijk Beleid een gefundeerd advies verwacht (Vragen en Antwoorden, Kamer, 1995-1996, nr. 16, blz. 1713).
En réponse à ma question no 23 du 14 juillet 1995, le ministre a fait savoir qu'il ne souhaitait pas écarter a priori l'assignation à résidence surveillée électroniquement mais qu'il attendait que le Service de la politique criminelle lui remette un avis avant de prendre une décision en la matière (Questions et Réponses, Chambre, 1995-1996, no 16, p. 1713).