De federale minister van Landbouw kon als een soort scheidsrechter optreden tussen de gewesten en deze moesten daarmee rekening houden opdat de resultaten van het Europese besluitvormingsproces zoveel mogelijk aansloten bij de belangen van de Belgische landbouwers.
La présence d'un ministre de l'Agriculture fédéral permettait un arbitrage entre les régions et celles-ci devaient en tenir compte pour que le processus de décision européen puisse aboutir dans un sens correspondant au maximum aux intérêts des agriculteurs belges.