25. moedigt de lidstaten aan om uitwisselingsprogramma's voor leerkrachten en scholieren met landen buiten de EU in te stellen, met name met landen in het Nabije Oosten en de ontwikkelingslanden, en de rechten van het kind met speciale inachtneming van het recht op onderwijs en gelijke rechten voor de beide geslachten te verspreiden en te stimuleren;
25. encourage les États membres à mettre en place des programmes d'échange de professeurs et d'élèves avec les pays tiers, en particulier au Moyen-Orient et dans les pays en voie de développement, et à diffuser et à promouvoir les droits de l'enfant, en insistant tout particulièrement sur le droit à l'éducation et à l'égalité des sexes;