Dat is in het voordeel van de grote delegaties uit de Verenigde Staten en Europa, maar leidt bij de ministers van sommige ontwikkelingslanden – diegenen die niet in staat zijn zich in tweeën te splitsen – tot gevoelens van hulpeloosheid, omdat zij vaak minder goed ingelicht zijn dan de overal aanwezige NGO’s en bepaald niet belangeloze ondernemingen.
Les grandes délégations européennes et américaines sont ainsi avantagées, tandis que les ministres de certains pays en développement - qui ne peuvent se couper en deux - éprouvent un sentiment d’impuissance, sachant qu’ils sont souvent moins bien informés que les ONG omniprésentes et les pontes du monde des affaires.