Art. 20. Voor het beheer van het Bijzondere Onderzoeksfonds mag het universiteitsbestuur ten hoogste de volgende middelen uittrekken : 1° 2 % van de globale middelen van het Bijzondere Onderzoeksfonds voor de werking van de diensten voor onderzoekscoördinatie; 2° 1 % van de globale middelen van het Bijzondere Onderzoeksfonds of 100.000 euro, waarbij het hoogste bedrag geldt, voor de vergoeding van kosten voor werkingsuitgaven en loonlasten die rechtstreeks verbonden zijn aan het beheer van onderzoeksprojecten of initiatieven die ten laste van het Bijzondere Onderzoeksfonds bekostigd worden.
Art. 20. Les autorités universitaires peuvent affecter au maximum les moyens suivants à la gestion du Fonds spécial de recherche : 1° 2 % des moyens globaux du Fonds spécial de recherche pour le fonctionnement des services de coordination de la recherche; 2° 1 % des moyens globaux du Fonds spécial de recherche ou 100.000 euros, le montant le plus élevé étant pris en considération, pour l'indemnisation des frais pour dépenses de fonctionnement et charges salariales directement liées à la gestion de projets de recherche ou à des initiatives prises en charge par le Fonds spécial de recherche.