Mevrouw Zrihen vraagt uitleg over artikel 26.1 van de Overeenkomst, dat voorziet in de uitwisseling van « de inlichtingen [.] waarvan kan worden verwacht dat ze relevant zullen zijn voor de uitvoering van de bepalingen van deze Overeenkomst » (stuk Senaat nr. 5-2204/1 — 2012/2013, blz. 45).
Mme Zrihen souhaite des éclaircissements quant à l'article 26.1 de la Convention qui prévoit l'échange de « renseignements vraisemblablement pertinents pour appliquer les dispositions de la Convention » (doc. Sénat, nº 5-2204/1 — 2012/2013, p. 45).