18.
wijst erop dat een strategie voor
de rechten van het kind geworteld zou moeten zijn in de waarden en de vier basisbeginselen die in het VN-Verdrag inzake de rechten van het kind zijn vastgelegd
: bescherming tegen iedere vorm van discriminatie; het belang van het kind staat voorop; het recht op leven en ontwikkeli
ng en het recht een mening te uiten en dat, in elke
...[+++]aangelegenheid die het kind betreft, aan deze mening passend belang moet worden gehecht;
18. souligne que toute stratégie sur les droits de l'enfant devrait se fonder sur les valeurs et les quatre principes fondamentaux inscrits dans la Convention des Nations unies relative aux droits de l'enfant: protection contre toutes les formes de discrimination, intérêt supérieur de l'enfant comme considération primordiale, droit à la vie et au développement et droit d'exprimer une opinion, qui soit prise en considération, sur toute question ou dans toute procédure l'intéressant;