Ik heb de eer het geacht lid mee te delen dat het niet juist is te beweren dat het voor het Rode kruis van België onmogelijk was om te worden vrijgesteld van de betaling van de forfaitaire vergoeding van 100 Belgische frank per dag activiteit voorzien in artikel 18, 2, eerste lid, 1°, van het ministerieel besluit van 26 november 1991 houdende de toepassingsregelen van de werkloosheidsreglementering, wanneer het werklozen gratis en vrijwillig tewerkstelde binnen het kader van een zuivere humanitaire actie.
J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre qu'il n'est pas exact de prétendre qu'il était impossible, pour la Croix-rouge de Belgique, de se voir accorder la dispense de paiement de l'indemnité forfaitaire de 100 francs belges par jour d'activité, prévue à l'article 18, 2, alinéa 1er, 1°, de l'arrêté ministériel du 26 novembre 1991 portant les modalités d'application de la réglementation du chômage, lorsqu'elle employait des chômeurs bénévoles dans le cadre d'une action purement humanitaire.