10° landbouwer : de persoon die een land- of tuinbouwbedrijf exploiteert met een arbeidsbehoefte van minimaal 0,5 en maximaal tien volle arbeidskrachten (VAK) per bedrijfsleider.
10° producteur : la personne exploitant une entreprise agricole ou horticole ayant un besoin en travail d'au moins 0,5 et d'au maximum 10 unités de travail humain (UTH) par chef d'entreprise.