2. Waterpluimvee moet toegang hebben tot een waterloop, een vijver, een meer of een poel wanneer de weersomstandigheden en de hygiëneomstandigheden dit toelaten, teneinde te voldoen aan de soortspecifieke behoeften van deze dieren en de voor hen geldende welzijnsvoorschriften.
2. Aux fins du respect des besoins propres aux espèces et des exigences en matière de bien-être des animaux, les oiseaux aquatiques ont accès à un cours d'eau, un étang, un lac ou une mare à chaque fois que les conditions climatiques et les conditions d'hygiène le permettent.