Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «maart 1936 waarbij » (Néerlandais → Français) :

In afwijking van artikel 6, § 1, tweede lid, van de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van een begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren wordt het bedrag van die vergoeding niet beperkt tot 75% van het maximumbedrag van de begrafenisvergoeding, die verleend kan worden in geval van overlijden van een personeelslid in actieve dienst".

Par dérogation à l'article 6, § 1, alinéa 2, de la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux n° 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'Etat et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'Etat, le montant de cette indemnité n'est pas limité à 75 % du montant maximum de l'indemnité pour frais funéraires, qui peut être accordée en cas de décès d'un membre du personnel en activité».


Art. 87. In artikel 7, eerste lid, van de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van en begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren, gewijzigd bij de wetten van 6 mei 2002 en 12 januari 2006, worden de woorden "Pensioendienst voor de overheidssector" vervangen door de woorden "Federale Pensioendienst".

Art. 87. Dans l'article 7, alinéa 1, de la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux n° s 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'Etat et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'Etat, modifié par les lois des 6 mai 2002 et 12 janvier 2006, les mots "Service des Pensions du Secteur public" sont remplacés par les mots "Service fédéral des Pensions".


e) de vergoedingen voor begrafeniskosten met betrekking tot de rustpensioenen ten laste van het Fonds, uitbetaald met toepassing van artikel 6 van de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nr. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van een begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren;

e) les indemnités pour frais funéraires qui se rapportent à des pensions de retraite à charge du Fonds, payées en application de l'article 6 de la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux n 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'État et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'État ;


Het wachtgeld toegekend in het kader van het « PTS »-programma is onderworpen aan de afhouding bepaald in artikel 7, eerste lid, van de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van een begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren.

Le traitement d'attente octroyé dans le cadre du programme « PTS » est soumis à la retenue déterminée à l'article 7, premier alinéa, de la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux nº 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'État et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'État.


« In geval van overlijden van een titularis van een rustpensioen ten laste van BIAC wordt, onder dezelfde voorwaarden als deze bepaald in de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nrs. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van een begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren, een vergoeding voor begrafeniskosten uitbetaald.

« Lors du décès du titulaire d'une pension de retraite à charge de BIAC, une indemnité de funérailles est liquidée dans les mêmes conditions que celles prévues par la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux nº 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'État et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'État.


Artikel 7 van het decreet van 28 juni 1957 houdende statuut van de Koloniale verzekeringskas, zoals het werd gewijzigd bij artikel 3 van de wet van 14 april 1975 « tot wijziging van het koninklijk besluit nr. 254 van 12 maart 1936 waarbij eenheid gebracht wordt in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk staatspersoneel en het daarmee gelijkgesteld personeel, van het koninklijk besluit nr. 255 van 12 maart 1936 tot eenmaking van het pensioenregime voor de weduwen en wezen der leden van het leger en van de Rijkswacht en van het decreet van 28 juni 1957 houdende statuut van de Koloniale verzekeringskas », bepaal ...[+++]

L'article 7 du décret du 28 juin 1957 portant statut de la Caisse coloniale d'assurance, tel qu'il a été modifié par l'article 3 de la loi du 14 avril 1975 « modifiant l'arrêté royal n° 254 du 12 mars 1936 unifiant le régime des pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'Etat et du personnel assimilé, l'arrêté royal n° 255 du 12 mars 1936 unifiant le régime des pensions des veuves et orphelins des membres de l'armée et de la gendarmerie et le décret du 28 juin 1957 portant statut de la Caisse coloniale d'assurance », dispose :


Artikel 1. Het koninklijk besluit van 4 maart 1936 waarbij de vergunningen verstrekt door de Belgisch-Luxemburgse gemengde administratieve commissie vrijgesteld worden van het formaatzegelrecht en onderworpen worden aan een taxe ter bestrijding van kosten ten bedrage van 5 frank, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 april 1945, 30 maart 1948 en 20 april 1983, wordt opgeheven.

Article 1. L'arrêté royal du 4 mars 1936 exonérant les licences délivrées par la Commission administrative mixte belgo-luxembourgeoise du droit de timbre de dimension et les soumettant à une taxe rémunératoire de 5 francs, modifié par les arrêtés royaux du 30 avril 1945, du 30 mars 1948 et du 20 avril 1983, est abrogé.


Gelet op het koninklijk besluit van 4 maart 1936 waarbij de vergunningen verstrekt door de Belgisch-Luxemburgse gemengde administratieve commissie vrijgesteld worden van het formaatzegelrecht en onderworpen worden aan een taxe ter bestrijding van kosten ten bedrage van 5 frank, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 april 1945, 30 maart 1948 en 20 april 1983;

Vu l'arrêté royal du 4 mars 1936 exonérant les licences délivrées par la Commission administrative mixte belgo-luxembourgeoise du droit de timbre de dimension et les soumettant à une taxe rémunératoire de 5 francs, modifié par les arrêtés royaux du 30 avril 1945, du 30 mars 1948 et du 20 avril 1983;


11 JANUARI 2002. - Koninklijk besluit tot opheffing van het koninklijk besluit van 4 maart 1936 waarbij de vergunningen verstrekt door de Belgisch-Luxemburgse gemengde administratieve commissie vrijgesteld worden van het formaatzegelrecht en onderworpen worden aan een taxe ter bestrijding van kosten ten bedrage van 5 frank, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 30 april 1945, 30 maart 1948 en 20 april 1983

11 JANVIER 2002. - Arrêté royal abrogeant l'arrêté royal du 4 mars 1936 exonérant les licences délivrées par la Commission administrative mixte belgo-luxembourgeoise du droit de timbre de dimension et les soumettant à une taxe rémunératoire de 5 francs, modifié par les arrêtés royaux du 30 avril 1945, du 30 mars 1948 et du 20 avril 1983


e) de vergoedingen voor begrafeniskosten met betrekking tot de rustpensioenen ten laste van het Fonds, uitbetaald met toepassing van artikel 6 van de wet van 30 april 1958 tot wijziging van de koninklijke besluiten nr. 254 en 255 van 12 maart 1936 waarbij eenheid wordt gebracht in het regime van de pensioenen der weduwen en wezen van het burgerlijk rijkspersoneel en van de leden van het leger en van de rijkswacht, en tot instelling van een begrafenisvergoeding ten gunste van de rechthebbenden van gepensioneerde rijksambtenaren;

e) les indemnités pour frais funéraires qui se rapportent à des pensions de retraite à charge du Fonds, payées en application de l'article 6 de la loi du 30 avril 1958 modifiant les arrêtés royaux n 254 et 255 du 12 mars 1936 unifiant les régimes de pensions des veuves et des orphelins du personnel civil de l'État et des membres de l'armée et de la gendarmerie et instituant une indemnité de funérailles en faveur des ayants droit des pensionnés de l'État ;




D'autres ont cherché : 12 maart 1936 waarbij     4 maart 1936 waarbij     maart 1936 waarbij     


datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'maart 1936 waarbij' ->

Date index: 2024-02-24
w