Art. 3. Om aanspraak te kunnen maken op de maandelijkse forfaitaire bedrijfstoeslag, uitgekeerd door het " Fonds bestaanszekerheid van de houthandel" , dienen de arbeid(st)ers die geen 60 jaar zijn op de datum van de beëindiging van hun arbeidsovereenkomst :
Art. 3. Pour pouvoir bénéficier du complément d'entreprise mensuel forfaitaire versé par le " Fonds de sécurité d'existence pour le commerce du bois" , les ouvrie(è)r(e)s qui n'ont pas atteint l'âge de 60 ans au moment où leur contrat de travail prend fin doivent :