11. maakt zich zorgen over het feit dat de omzettingsachterstand van Liechtenstein is toegenomen van 0,7 % tot 1,2 %; maakt zich voorts zorgen over het feit dat de Liechtensteinse wetgeving betreffende de inreis- en verblijfsrechten van bepaalde gezinsleden van EER-burgers en de bepalingen volgens dewelke EER-burgers die in Liechtenstein verblijven, geen beroepsactiviteit mogen uitoefenen in een ander EER-land, die Liechtenstein beschouwt als een regeling op basis van een bijzonder quotastelsel uit hoofde van de EER-overeenkomst, niet geheel in overeenstemming lijken te zijn met het EER-recht;
11. est préoccupé par le fait que le Liechtenstein a vu augmenter son déficit en matière de transposition, celui-ci étant passé de 0,7 % à 1,2 %; est aussi préoccupé par le fait que sa législation concernant les droits d'entrée et de résidence de certains membres de la famille de ressortissants de l'EEE et les restrictions imposées aux ressortissants de l'EEE résidant au Liechtenstein concernant l'accès à l'emploi dans un autre État de l'EEE, que le Liechtenstein considère être une règle fondée sur le régime particulier des quotas issu de l'accord EEE, ne semble pas être en harmonie avec le droit de l'EEE;
