De lidstaten wijzen havens aan waar het is toegestaan vis die in het verdragsgebied is gevangen door vissersvaartuigen die onder de vlag van een andere verdragsluitende partij varen, aan te voeren of over te laden, alsook havendiensten te verlenen aan dergelijke vissersvaartuigen; de lidstaten stellen de Commissie in kennis van die havens.
Les États membres désignent les ports où le débarquement ou le transbordement des ressources halieutiques capturées dans la zone de la convention par des navires de pêche battant pavillon d’une autre partie contractante, ou la fourniture de services portuaires à ces navires sont autorisés, et les notifient à la Commission.