De onderwijs- en beroepsopleidingsstelsels van de 25 lidstaten lopen erg uiteen als het gaat om de manier waarop talenkennis en taalkundige aanleg worden getest en certificaten worden uitgegeven. Daarom is het lastig vergelijkingen te trekken en zijn de mogelijkheden om elkaars vreemde-talenkwalificaties te erkennen beperkt. Dit kan een negatieve uitwerking op het vrije verkeer van arbeidskrachten en studenten binnen de EU hebben.
Les systèmes d'éducation et de formation des 25 États membres se caractérisent par la grande diversité des tests et certifications relatifs aux connaissances et compétences linguistiques, ce qui rend toute comparaison très malaisée et limite d'autant la possibilité de transfert des résultats des examens en langues étrangères, avec les incidences négatives de cet état de fait sur la libre circulation des travailleurs et des étudiants dans l'UE.