2. Ieder lidstaat stelt de overige lidstaten in kennis van zijn voornemen om immigratieverbindingsfunctionarissen te detacheren in derde landen, zodat deze lidstaten in staat zijn hun belangstelling kenbaar te maken voor het sluiten van een samenwerkingsovereenkomst inzake detachering met de betrokken lidstaat, zoals bedoeld in artikel 5.
2. Chaque État membre informe également les autres États membres de ses intentions concernant le détachement d'officiers de liaison "Immigration" dans des pays tiers, de façon que les autres États membres puissent faire part de leur intérêt à conclure un accord de coopération avec l'État membre concerné pour ce qui est de ce détachement, selon l'article 5.