Overeenkomstig artikel 5 van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens moet de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer tevens nagaan of de gegevens van het Rijksregister en het gebruik van het identificatienummer " toereikend, ter zake dienend en niet overmatig" zijn met het oog op de vervulling van de taken die in de artikelen 1, eerste lid, en 3, eerste lid, van het ontwerp zijn bepaald.
En application de l'article 5 de la loi du 8 décembre 1992 relative à la protection de la vie privée à l'égard des traitements de données à caractère personnel, la Commission de la protection de la vie privée doit également examiner si les données du Registre national et l'utilisation du numéro d'identification sont " adéquates, pertinentes et non excessives" pour remplir les missions précisées à l'article 1, alinéa 1, et 3, alinéa 1.