4. De bepalingen van paragrafen 1 en 2 zijn niet van toepassing indien de uiteindelijk gerechtigde tot de vergoedingen voor het geven van leiding, die inwoner is van een overeenkomstsluitende Staat, in de andere overeenkomstsluitende Staat waaruit de vergoedingen voor het geven van leiding afkomstig zijn, een nijverheids- of handelsbedrijf met behulp van een aldaar gevestigde vaste inrichting of een zelfstandig beroep door middel van een aldaar gevestigde vaste basis uitoefent en de verbintenis uit hoofde waarvan de vergoedingen
voor het geven van leiding verschuldigd zijn, met die vaste inrichting of die vaste basis wezenlijk is verbond
...[+++]en.
4. Les dispositions des paragraphes 1 et 2 ne s'appliquent pas lorsque le bénéficiaire effectif des rémunérations de services de direction, résident d'un État contractant, exerce dans l'autre État contractant d'où proviennent les rémunérations, soit une activité industrielle ou commerciale par l'intermédiaire d'un établissement stable qui y est situé, soit une profession indépendante au moyen d'une base fixe qui y est située, et que le contrat donnant lieu au paiement des rémunérations s'y rattache effectivement.