3. Indien de lidstaat die een EU-typegoedkeuring heeft verleend, door een andere lidstaat in kennis wordt gesteld van het bestaan van een van de gevallen, bedoeld in de leden 1 en 2, neemt hij na overleg met deze lidstaat eveneens de in die leden bedoelde maatregelen, behoudens lid 5.
3. Si l'État membre ayant accordé une homologation UE est informé par un autre État membre de l'existence d'un des cas visés aux paragraphes 1 et 2, il prend également, après consultation de ce dernier, les mesures prévues auxdits paragraphes, sous réserve du paragraphe 5.