Art. 3. De rijksambtenaar die de directieraad van het Ministerie van Landsverdediging voorzit, enerzijds, en de personeelsdienst bevoegd voor het burgerpersoneel onder de leiding van een rijksambtenaar, anderzijds, worden aangewezen om de bevoegdheden uit te oefenen, respectievelijk van de directeur-generaal human resources en van de divisie personeel van de algemene directie human resources, welke zijn bepaald bij het koninklijk besluit van 7 juli 2003 houdende het statuut van bepaalde burgerlijke ambtenaren van het stafdepartement Inlichtingen en Veiligheid.
Art. 3. L'agent de l'Etat qui préside le conseil de direction du Ministère de la Défense, d'une part, et le service du personnel compétent pour le personnel civil sous la direction d'un agent de l'Etat, d'autre part, sont désignés pour exercer les attributions respectivement du directeur général human resources et de la division personnel de la direction générale human resources, prévues par l'arrêté royal du 7 juillet 2003 portant le statut de certains agents civils du département d'état-major Renseignement et Sécurité.