De opheffing van uitvoerbeperkingen tussen de Lid-Staten die heeft plaatsgevonden aan het einde van de eerste etappe (artikel 34) maakt een gelijktijdige gelijkmaking noodzakelijk van de regelingen van de Lid-Staten bij de uitvoer naar derde landen, om het zich verleggen van het handelsverkeer, dat zich bij gebrek aan een gemeenschappelijke regeling zou kunnen voordoen, te voorkomen.
L'abolition entre les États membres des restrictions à l'exportation, intervenue à la fin de la première étape (article 34), nécessite l'uniformisation simultanée des régimes d'exportation des États membres vers les pays tiers pour éviter les détournements de trafic qui pourraient se produire à défaut d'une réglementation commune.