O. overwegende dat de inkomens van boeren na tien jaar loonimpasse in 2009 dramatisch gedaald zijn, voornamelijk als gevolg van moeilijke marktomstandigheden en stijgende productiekosten; overwegende dat de landbouwinkomens merkelijk lager zijn (naar schatting 40% per werkende) dan in andere sectoren van de economie, en dat het inkomen per inwoner in plattelandsgebieden aanzienlijk lager is (circa 50%) dan in stedelijke gebieden,
O. considérant que les revenus des agriculteurs ont chuté de manière spectaculaire en 2009, après une décennie de stagnation, en raison notamment de conditions de marché difficiles et de la hausse des coûts de production, que les revenus agricoles sont nettement inférieurs (de 40 % par unité de travail, d'après les estimations) à ce qu'ils sont dans le reste de l'économie, et que le revenu par habitant dans les zones rurales est nettement inférieur (de quelque 50 %) à ce qu'il est dans les zones urbaines,
