Art. 2. In artikel 4, 2e lid, worden de woorden « landbouwkundig hoger onderwijs » vervangen door de woorden « hoger landbouwkundig onderwijs »; worden de woorden « kunsthoger onderwijs » vervangen door de woorden « hoger onderwijs toegepaste kunsten »; worden de woorden « een onderwijzer voor iedere leerstof bedoeld bij artikel 6, derde lid » vervangen door de woorden « minstens een onderwijzer voor elke leerstof bedoeld in artikel 5, 2° en in artikel 6, 3e lid ».
Art. 2. A l'article 4, alinéa 2, les mots « enseignement supérieur agricole » sont remplacés par les mots « enseignement supérieur agronomique »; les mots « enseignement supérieur artistique » sont remplacés par les mots « enseignement supérieur des arts appliqués »; les mots « un enseignant pour chaque matière visée à l'article 6, alinéa 3 » sont remplacés par les mots « au moins un enseignant pour chaque matière visée à l'article 5, 2° et à l'article 6, alinéa 3 ».