Bovendien heeft de wetgever, door de rechtspersonen uit te sluiten van het voordeel van de verschoonbaarheid overeenkomstig artikel 81, 1°van dezelfde wet, een tweede automatisme ingevoerd dat leidt tot een discriminatie tussen de kosteloze borgen aangezien uit een gecombineerde lezing van beide voormelde bepalingen blijkt dat de kosteloze borg van een gefailleerde rechtspersoon nooit van zijn verbintenis kan worden ontslagen, terwijl de kosteloze borg van een gefailleerde natuurlijke persoon automatisch wordt ontslagen indien de gefailleerde verschoonbaar wordt verklaard.
En outre, en excluant les personnes morales du bénéfice de l'excusabilité conformément à l'article 81, 1°de la même loi, le législateur a introduit un second automatisme qui aboutit à créer une discrimination parmi les cautions à titre gratuit dès lors que, par une lecture combinée des deux dispositions susmentionnées, la caution à titre gratuit d'une personne morale faillie ne peut jamais être déchargée de son engagement alors que la caution à titre gratuit d'une personne physique faillie est automatiquement déchargée si le failli est déclaré excusable.