14. Indien aan een faciliteit met een korte-termijnrating een risicogewicht van 150% wordt toegekend, dan wordt in afwijking van punt 13 aan alle niet-gedekte vorderingen zonder rating op de betrokken debiteur, ongeacht of deze kortlopend dan wel langlopend zijn, eveneens een risicogewicht van 150% toegekend.
14. Nonobstant le point 13, si une facilité de crédit à court terme qui a été notée implique une pondération de risque de 150 %, toutes les expositions non garanties et non notées sur le débiteur concerné, qu'elles soient à court terme ou à long terme, reçoivent aussi une pondération de 150 %.