Art. 6. Wanneer het Auditoraat bij toepassing van artikel IV. 42 van Boek IV, overweegt te besluiten dat een klacht niet ontvankelijk of ongegrond is, of verjaard is, roept hij desgewenst de klager op voor een hoorzitting.
Art. 6. Lorsque l'Auditorat envisage de conclure à l'irrecevabilité, au non-fondement ou à la prescription de la plainte en application de l'article IV. 42 du livre IV, il convoque, s'il l'estime nécessaire, le plaignant à une audience.