Wat betreft artikel 13, lid 1, onder a), van dit verdrag, waarin sprake is van de niet-daadwerkelijke uitoefening van gezagsrechten en van toestemming of latere berusting, zal in deze gevallen overeenkomstig de definitie in artikel 2 het meenemen of niet terugzenden van het kind niet als ontvoering van een kind worden beschouwd.
En ce qui concerne l'article 13, point a), de la convention qui évoque le cas où le droit de garde n'est pas exercé effectivement, ou bien où il y a eu consentement ou acquiescement postérieur, le déplacement ou le non-retour de l'enfant ne serait pas considéré dans ces cas comme un enlèvement selon la définition donnée à l'article 2.