Art. 14. Voor de toepassing van artikel 30, § 2 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, met betrekking tot het vaderschapsverlof, wordt de duur van de afwezigheid voor de in dit stelsel tewerkgestelde bedienden vastgesteld op vier dagen van twaalf uren, te kiezen binnen dertig dagen te rekenen vanaf de dag van de bevalling.
Art. 14. Pour l'application de l'article 30, § 2 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail, qui concerne le congé de paternité, la durée de l'absence applicable aux employés occupés dans ce régime est fixée à quatre jours de douze heures, à choisir dans les trente jours à compter du jour de l'accouchement.