De lidstaten dienen tevens de mogelijkheid te hebben om geen rechtstreekse betalingen toe te kennen aan andere natuurlijke of rechtspersonen die nauwelijks een landbouwactiviteit uitoefenen.
Les États membres devraient en outre avoir la possibilité de ne pas octroyer de paiements directs à d'autres personnes physiques ou morales dont l'activité agricole est marginale.