1. Er werd geen aangifte gedaan bij de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer aangezien de gegevens waarover het kabinet beschikt vallen onder artikel 2 en artikel 3 van het koninklijk besluit nr. 13 van 12 maart 1996 tot voorwaardelijke vrijstelling van de aangifteplicht voor bepaalde soorten van geautomatiseerde verwerking van personeelsgegevens die kennelijk geen gevaar inhouden op het gebied van de schending van de persoonlijke levenssfeer.
1. Aucune déclaration n'a été faite à la Commission de la protection de la vie privée, étant donné que les données dont dispose le cabinet tombent sous l'application des articles 2 et 3 de l'arrêté royal no 13 du12 mars 1996 portant exception conditionnelle de l'obligation de déclaration pour certaines catégories de traitements automatisés de données à caractère personnel qui ne présentent manifestement pas de risque d'atteinte à la vie privée.