Op 1 januari 2006, wordt het quotum tijdskrediet voor de ganse onderneming op 11 pct. gebracht en verdeeld onder de personeelsleden jonger dan 50 (4 pct.), de personeelsleden ouder dan 50 (4 pct) en de personeelsleden die een zwaar beroep uitoefenen (3 pct., mits een driemaandelijkse evaluatie in het licht van de noden en de mogelijkheden van de onderneming).
Au 1 janvier 2006, le quota crédit-temps est porté à 11 p.c. pour l'ensemble de l'entreprise, réparti entre les membres du personnel de moins de 50 ans (4 p.c.), les membres du personnel de plus de 50 ans (4 p.c) et les membres du personnel exerçant un métier lourd (3 p.c., moyennant une évaluation trimestrielle en regard des besoins et des possibilités de l'entreprise).