(1) Het Verdrag stelt een burgerschap van de Unie in en bepaalt dat het optreden van de Gemeenschap erop gericht is op het gebied van onderwijs, beroepsopleiding en jeugd met name de ontwikkeling van uitwisselingsprogramma's voor jongeren en gekwalificeerde personen die actief zijn in het jeugdwerk en in jeugdorganisaties en van een onderwijs van hoog gehalte te bevorderen.
(1) Le traité institue une citoyenneté de l'Union et dispose que l'action de la Communauté en matière d'éducation, de formation professionnelle et de jeunesse vise à favoriser, notamment, le développement des échanges de jeunes et de professionnels du secteur de la jeunesse et des organismes actifs dans le domaine de la jeunesse , ainsi qu'une éducation de qualité.