Uit de bepalingen van artikel 1bis, § 2, zesde, achtste en tiende lid, van de gemeentekieswet, ingevoegd bij de wet van 27 januari 1999, vloeit voort, dat het college van burgemeester en schepenen bevoegd is zowel voor het nemen van de beslissingen van inschrijving of van weigering van inschrijving op de kiezerslijst wegens het al dan niet vervullen van de kiesbevoegdheidsvoorwaarden, als voor het onontvankelijk verklaren van de aanvragen die worden ingediend tijdens de periode die begint op de datum van het opmaken van de kiezerslijst en afloopt op de datum van de verkiezing waarvoor ze werd opgemaakt.
Il ressort des dispositions de l'article 1bis, § 2, alinéas 6, 8 et 10, de la loi électorale communale, insérés par la loi du 27 janvier 1999, que le collège des bourgmestre et échevins est compétent non seulement pour prendre les décisions d'inscription ou de refus d'inscription sur la liste des électeurs en raison du fait que les conditions de l'électorat sont oui ou non remplies mais aussi pour déclarer irrecevables les demandes introduites durant la période prenant cours le jour de l'établissement de la liste des électeurs et expirant le jour de l'élection pour laquelle elle est établie.