(c) alle runderen ouder dan 24 maanden die niet voor menselijke consumptie worden geslacht, die zijn gestorven of gedood op de boerderij, tijdens het vervoer of in een slachthuis (gestorven dieren). De lidstaten kunnen besluiten om in afgelegen gebieden met een geringe dierdichtheid, waar geen inzameling van dode dieren wordt georganiseerd, af te wijken van het bepaalde onder letter c).
Les États membres peuvent décider de déroger à la disposition prévue au point c) dans des zones reculées où la densité des animaux est faible et où aucune collecte des animaux morts n'est assurée.