De commissie kent ambtshalve of op verzoek van het openbaar ministerie, van de geïnterneerde of van zijn advocaat de definitieve invrijheidstelling aan de geïnterneerde toe wanneer de geestesstoornis die zijn oordeelsvermogen of de controle over zijn daden heeft tenietgedaan of ernstig heeft aangetast voldoende verbeterd is en redelijkerwijze gesteld kan worden dat het gevaar voor het plegen van nieuwe misdrijven beperkt is.
La commission octroie, d'office ou à la requête du ministère public, de l'interné ou de son avocat, la libération définitive de l'interné lorsque le trouble mental ayant aboli ou gravement altéré sa capacité de discernement ou de contrôle de ses actes s'est suffisamment amélioré et qu'il est raisonnable d'affirmer que le risque de commettre de nouvelles infractions est limité.