Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Anankastische neurose
Arrest dat niet vatbaar is voor verzet
Arrest waartegen geen verzet openstaat
Dwangneurose
Gedaagde in verzet
Geopposeerde
Neventerm
Obsessief-compulsieve neurose
Obsessief-compulsieve stoornis
Schuldeiser die de vervolging instelt
Selectief mutisme
Tegen een vonnis in verzet komen
Verweerder in verzet
Verzet
Verzet doen
Verzet doen tegen een vonnis

Traduction de «instelt verzet » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
gedaagde in verzet | geopposeerde | verweerder in verzet

défendeur sur opposition


arrest dat niet vatbaar is voor verzet | arrest waartegen geen verzet openstaat

arrêt non susceptible d'opposition


tegen een vonnis in verzet komen | verzet doen tegen een vonnis

faire opposition au jugement


schuldeiser die de vervolging instelt

créancier poursuivant


Omschrijving: Dit wordt gekenmerkt door een duidelijke, emotioneel bepaalde, selectiviteit in het spreken, zodanig dat het kind in sommige situaties taalbeheersing aan de dag legt, maar in andere (goed omschrijfbare) situaties niet spreekt. De stoornis gaat doorgaans samen met uitgesproken persoonlijkheidskenmerken waaronder sociale angst, teruggetrokkenheid, gevoeligheid of verzet. | Neventerm: | selectief mutisme

Définition: Trouble caractérisé par un refus, lié à des facteurs émotionnels, de parler dans certaines situations déterminées. L'enfant est capable de parler dans certaines situations, mais refuse de parler dans d'autres situations (déterminées). Le trouble s'accompagne habituellement d'une accentuation nette de certains traits de personnalité, par exemple d'une anxiété sociale, d'un retrait social, d'une hypersensibilité ou d'une opposition. | Mutisme sélectif


Omschrijving: Het essentiële kenmerk bestaat uit zich herhalende dwanggedachten of dwanghandelingen. Dwanggedachten zijn ideeën, beelden of impulsen die in stereotiepe vorm steeds maar weer de gedachten van de betrokkene binnendringen. Ze zijn vrijwel onveranderlijk verontrustend en de betrokkene tracht dikwijls, zonder succes, zich ertegen te verzetten. Ze worden evenwel herkend als zijn of haar eigen gedachten, ondanks hun onwillekeurige en vaak weerzinwekkende aard. Dwanghandelingen of rituelen zijn stereotiepe gedragingen die steeds maar weer worden herhaald. Ze zijn niet aangenaam op zichzelf en leiden ook niet tot de voltooiing van ...[+++]

Définition: Trouble caractérisé essentiellement par des idées obsédantes ou des comportements compulsifs récurrents. Les pensées obsédantes sont des idées, des représentations, ou des impulsions, faisant intrusion dans la conscience du sujet de façon répétitive et stéréotypée. En règle générale, elles gênent considérablement le sujet, lequel essaie souvent de leur résister, mais en vain. Le sujet reconnaît toutefois qu'il s'agit de ses propres pensées, même si celles-ci sont étrangères à sa volonté et souvent répugnantes. Les comportements et les rituels compulsifs sont des activités stéréotypées répétitives. Le sujet ne tire aucun plaisir direct de la réalisation de ces actes, lesquels, par ailleurs, n'aboutissent pas à la réalisation de t ...[+++]




TRADUCTIONS EN CONTEXTE
76. Derhalve moet worden onderzocht of richtlijn 94/19 zich ertegen verzet dat een lidstaat een garantieregeling instelt voor aandelen van erkende coöperatieve vennootschappen die actief zijn in de financiële sector, zoals die welke in het hoofdgeding aan de orde zijn.

76. Il convient, dès lors, d'examiner la question de savoir si la directive 94/19 s'oppose à ce qu'un Etat membre adopte un régime de garantie en ce qui concerne des parts de sociétés coopératives agréées actives dans le secteur financier telles que celles en cause au principal.


5º de waarschuwing aan de schuldenaar dat, wanneer hij niet betaalt of geen verzet instelt binnen de voorgeschreven termijn, de beschikking uitvoerbaar zal worden, wat de schuldeiser zal toestaan hem door alle middelen van recht te dwingen tot de betaling van de in de beschikking vermelde sommen.

5º l'avertissement au débiteur qu'à défaut de paiement ou d'opposition dans le délai prescrit, l'ordonnance deviendra exécutoire, ce qui permettra au créancier de le contraindre par toutes voies de droit au paiement des sommes prévues à l'ordonnance.


Richtlijn 2005/36/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 september 2005 betreffende de erkenning van beroepskwalificaties, zoals gewijzigd bij verordening (EG) nr. 1137/2008 van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008, moet aldus worden uitgelegd dat zij zich er niet tegen verzet dat een lidstaat een gespecialiseerde opleidingscyclus instelt, zowel in de geneeskunde als in de tandheelkunde, waarvan de benaming niet overeenstemt met de voor die lidstaat vermelde benamingen in bijlage V bij die richtlijn.

La directive 2005/36/CE du Parlement européen et du Conseil, du 7 septembre 2005, relative à la reconnaissance des qualifications professionnelles, telle que modifiée par le règlement (CE) no 1137/2008 du Parlement européen et du Conseil, du 22 octobre 2008, doit être interprétée en ce sens qu’elle ne s’oppose pas à la création, par un État membre, d’un cycle de formation spécialisée, tant dans le domaine médical que dans celui de l’art dentaire, dont la dénomination ne correspond pas à celles énumérées, en ce qui concerne cet État membre, à l’annexe V de cette directive.


« Schenden de artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat de termijn voor het instellen van het (derden-)verzet tegen de beschikking van de beslagrechter op eenzijdig verzoekschrift waarbij aan de verzoeker de toelating tot bewarend beslag wordt verleend, zoals bepaald in de artikelen 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek, niet wordt verlengd in het in artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde geval terwijl artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek wel voorziet in een verlenging van de termijn voor de partij die de gewone rechtsmiddelen van verzet of hog ...[+++]

« Les articles 50, alinéa 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le délai pour former (tierce) opposition contre l'ordonnance du juge des saisies sur requête unilatérale autorisant le requérant à pratiquer une saisie conservatoire, comme prévu aux articles 1034 et 1419 du Code judiciaire, n'est pas prorogé dans le cas visé à l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire, alors que l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire prévoit une prorogation du délai pour la partie qui intente les voies de recours ordinaires de l'opposition ou de l'appel ?


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
De nationale rechterlijke instantie vraagt in de tweede plaats of het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie zich ertegen verzet dat de Commissie – als vertegenwoordigster van de Unie – een vordering instelt tot vergoeding van de schade die de Unie heeft geleden wegens een mededingingsverstorende gedraging waarvan bij een beschikking van die instelling is vastgesteld dat zij in strijd is met het Verdrag.

En deuxième lieu, la juridiction nationale demande si la charte des droits fondamentaux de l’Union européenne s'oppose à ce que la Commission introduise – en tant que représentante de l’Union – une action en réparation du préjudice subi par l’Union à la suite d’un comportement anticoncurrentiel dont la contrariété a été constatée par une décision de cette institution.


Op basis van die overwegingen komt het Hof tot de conclusie dat het Handvest zich niet ertegen verzet dat de Commissie namens de Unie bij een nationale rechterlijke instantie een vordering instelt tot vergoeding van de schade die de Unie heeft geleden wegens een met het recht van de Unie strijdige mededingingsregeling of gedraging.

Sur la base de ces considérations, la Cour conclut que la charte ne s’oppose pas à ce que la Commission intente, au nom de l’Union devant une juridiction nationale, une action en réparation du préjudice subi par l’Union à la suite d’une entente ou d’une pratique contraire au droit de l’Union.


In de tweede plaats is de advocaat-generaal van mening dat het recht op „equality of arms” zich niet ertegen verzet dat de Commissie als vertegenwoordiger van de Unie een vordering tot schadevergoeding instelt bij de nationale rechter, hoewel zij zelf daaraan voorafgaand een inbreukdossier heeft behandeld en de beschikking in dat dossier als grondslag voor de vordering dient.

En second lieu, l’avocat général considère que le droit à l’égalité des armes ne prive pas la Commission de la possibilité de former une demande en réparation du préjudice devant les juridictions nationales, bien que ce soit elle qui ait précédemment traité le dossier de l’infraction dont la décision a servi de base à sa demande.


« Schenden de artikelen 50, tweede lid, 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek de artikelen 10 en 11 van de Grondwet doordat de termijn voor het instellen van het (derden-)verzet tegen de beschikking van de beslagrechter op eenzijdig verzoekschrift waarbij aan de verzoeker de toelating tot bewarend beslag wordt verleend, zoals bepaald in de artikelen 1034 en 1419 van het Gerechtelijk Wetboek, niet wordt verlengd in het in artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek bedoelde geval terwijl artikel 50, tweede lid, van het Gerechtelijk Wetboek wel voorziet in een verlenging van de termijn voor de partij die de gewone rechtsmiddelen van verzet of hog ...[+++]

« Les articles 50, alinéa 2, 1034 et 1419 du Code judiciaire violent-ils les articles 10 et 11 de la Constitution en ce que le délai pour former (tierce) opposition contre l'ordonnance du juge des saisies sur requête unilatérale autorisant le requérant à pratiquer une saisie conservatoire, comme prévu aux articles 1034 et 1419 du Code judiciaire, n'est pas prorogé dans le cas visé à l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire, alors que l'article 50, alinéa 2, du Code judiciaire prévoit une prorogation du délai pour la partie qui intente les voies de recours ordinaires de l'opposition ou de l'appel ?


Indien de in het geding zijnde bepaling zo wordt begrepen dat het beroep tegen de maatregel van onmiddellijke stopzetting van de exploitatie bij de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg opschortend werkt, is het wel degelijk relevant om bij de vraag naar de bestaanbaarheid van die bepaling met de artikelen 10 en 11 van de Grondwet de situatie te vergelijken van de partij die bij de rechtbank van eerste aanleg een beroep instelt tegen een administratieve geldboete, en die kan argumenteren over de vraag of de te nemen beslissing dienaangaande voorlopig uitvoerbaar zal zijn niettegenstaande verzet ...[+++]

Si la disposition en cause est interprétée en ce sens que le recours introduit devant le président du tribunal de première instance contre la mesure de cessation immédiate de l'exploitation est suspensif, il est effectivement pertinent, pour savoir si cette disposition est compatible avec les articles 10 et 11 de la Constitution, de comparer la situation de la partie qui conteste une amende administrative devant le tribunal de première instance et qui peut présenter ses arguments sur la question de savoir si la décision à prendre sera exécutoire par provision nonobstant opposition ou appel, à la situation d'une partie - comme l'intéressé ...[+++]


De prejudiciële vraag strekt ertoe van het Hof te vernemen of de termijn waarin het tweede lid van die bepaling voorziet, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet schendt, in zoverre de inverdenkinggestelde die hoger beroep insteltverzet doet ») tegen de beschikking waarbij de raadkamer de opschorting gelast, voor wat de gerechtskosten betreft, slechts over een termijn van vierentwintig uur beschikt, terwijl een partij die hoger beroep instelt tegen dezelfde beschikking, voor wat de regeling van de burgerlijke belangen betreft, over een termijn van vijftien dagen beschikt.

La question préjudicielle a pour objet de demander à la Cour si le délai prévu par l'alinéa 2 de cette disposition viole les articles 10 et 11 de la Constitution, en tant que l'inculpé qui interjette appel de (fait « opposition » à) l'ordonnance de la chambre du conseil prononçant la suspension, en ce qui concerne les frais de justice, ne dispose que d'un délai de 24 heures, alors qu'une partie qui interjette appel de la même ordonnance, en ce qui concerne le règlement des intérêts civils, dispose d'un délai de 15 jours.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'instelt verzet' ->

Date index: 2022-08-19
w