1.Wanneer aan de voorwaarden voor het opleggen van vereisten op grond van artikel 23 van deze richtlijn of voor de aanstelling van een bijzonder bestuurder op grond van artikel 24 van deze richtlijn is voldaan met betrekking tot een moederinstelling of een instelling waarop overeenkomstig de artikelen 125 en 126 van Richtlijn 2006/48/EG toezicht op geconsolideerde basis wordt uitgeoefend of een of meer dochterondernemingen ervan, stelt de bevoegde autoriteit die voornemens is overeenkomstig genoemde artikelen een maatregel te nemen, de andere betrokken bevoegde autoriteiten in het toezichtcollege en de EBA van haar voornemen in kennis.
1.Lorsque les conditions d'imposition des exigences de l'article 23 de la présente directive, ou de nomination d'un administrateur spécial en vertu de l'article 24 de la présente directive, sont réunies en ce qui concerne une entreprise mère ou un établissement faisant l'objet d'une surveillance sur une base consolidée conformément aux articles 125 et 126 de la directive 2006/48/CE, ou l'une de ses filiales, l'autorité compétente qui envisage de prendre les mesures prévues par ces articles notifie son intention à l'ABE et aux autres autorités compétentes du collège d'autorités de surveillance.