Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Vertaling van "ingevolge voormeld arrest " (Nederlands → Frans) :

Ingevolge de gedeeltelijke vernietiging van de bestreden bepaling bij het voormelde arrest nr. 40/2017, heeft het onderhavige beroep geen voorwerp meer.

A la suite de l'annulation partielle de la disposition entreprise par l'arrêt précité n° 40/2017, l'actuel recours n'a plus d'objet.


Overwegende dat ingevolge het voormeld arrest van 1 maart 2017 derhalve de wijziging van voorschrift 18 moet worden aangepast zoals dit geformuleerd staat in de beschikking van het besluit van 26 mei 2016, rekening houdend met de vernietiging van de wijzigingen die zijn aangebracht aan voorschrift 18 door het besluit van 2 mei 2013;

Considérant, qu'à la suite de l'arrêt précité du 1 mars 2017, il s'impose donc d'adapter la modification de la prescription 18, telle que formulée dans le dispositif de l'arrêté du 26 mai 2016, en tenant compte de l'annulation des modifications apportées à la prescription 18 par l'arrêté du 2 mai 2013;


Ingevolge het voormelde arrest nr. 125/2011 van 7 juli 2011 is het evenwel niet redelijk verantwoord dat de wetgever de vroegere artikelen 59 en 82 van de Arbeidsovereenkomstenwet nog onverkort uitwerking heeft verleend voor de arbeidsovereenkomsten die zijn ingegaan vóór 1 januari 2012, wanneer de ontslagen werden betekend in de periode van 9 juli tot 31 december 2013, zodat het verschil in behandeling tussen werkgevers die een bediende ontsloegen en werkgevers die een arbeider ontsloegen in die periode is blijven voortbestaan.

En vertu de l'arrêt n° 125/2011, précité, du 7 juillet 2011, il n'est toutefois pas raisonnablement justifié que le législateur ait encore permis que les anciens articles 59 et 82 de la loi relative aux contrats de travail produisent intégralement leurs effets pour les contrats de travail conclus avant le 1 janvier 2012, lorsque les licenciements ont été notifiés durant la période du 9 juillet au 31 décembre 2013, de sorte que la différence de traitement entre les employeurs qui ont licencié un employé et les employeurs qui ont licencié un ouvrier a subsisté pendant cette période.


Overwegende dat wat betreft de uitzondering voor reprografie, voorzien in de artikelen XI. 190, 5° en 6° en XI. 191, § 1, eerste lid, 1° en 2°, van het Wetboek van economisch recht, en de artikelen XI. 235 tot en met XI. 239 van hetzelfde Wetboek, ingevolge het arrest van 12 november 2015 van het Hof van Justitie van de EU in de zaak HP tegen Reprobel aanpassingen aan de wettelijke bepalingen inzake reprografie zich opdringen; dat tevens nadere uitvoeringsmaatregelen moeten genomen worden; dat het derhalve in die context aangewezen is om, de geldende bepalingen van de wet van 30 juni 1994 betreffende het auteursrecht en de naburige ...[+++]

Considérant qu'en ce qui concerne l'exception pour reprographie, prévue aux articles XI. 190, 5° et 6° et XI. 191, § 1, alinéa 1, 1° et 2°, du Code de droit économique, et aux articles XI. 235 à XI. 239 du même Code, des modifications aux dispositions légales en matière de reprographie s'imposent suite à l'arrêt de la Cour de Justice de l'UE dans l'affaire HP contre Reprobel; que par ailleurs, des mesures d'exécution doivent être prises; que dans ce contexte, il est par conséquent indiqué de maintenir en vigueur les dispositions actuelles de la loi du 30 juin 1994 relative au droit d'auteur et aux droits voisins, appelée ci-après « ...[+++]


Ingevolge het voormelde arrest nr. 125/2011 van 7 juli 2011 is het evenwel niet redelijk verantwoord dat de wetgever de vroegere artikelen 59 en 82 van de Arbeidsovereenkomstenwet nog onverkort uitwerking heeft verleend voor de arbeidsovereenkomsten die zijn ingegaan vóór 1 januari 2012, wanneer de ontslagen werden betekend in de periode van 9 juli tot 31 december 2013, zodat het verschil in behandeling tussen arbeiders en bedienden in die periode is blijven voortbestaan.

En vertu de l'arrêt n° 125/2011, précité, du 7 juillet 2011, il n'est toutefois pas raisonnablement justifié que le législateur ait encore permis aux anciens articles 59 et 82 de la loi relative aux contrats de travail de produire intégralement leurs effets pour les contrats de travail conclus avant le 1 janvier 2012, lorsque les licenciements ont été notifiés durant la période du 9 juillet au 31 décembre 2013, de sorte que la différence de traitement entre les ouvriers et les employés a perduré pendant cette période.


Bij dat arrest heeft het Hof het voormelde artikel 7 van de wet van 14 januari 2013, zoals het is gewijzigd bij artikel 3 van de wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen betreffende Justitie, vernietigd maar enkel in die mate dat het tot gevolg heeft de verjaring van de strafvordering te schorsen wanneer, in het kader van de regeling van de rechtspleging, de onderzoeksrechter of de kamer van inbeschuldigingstelling beslissen dat bijkomende onderzoekshandelingen moeten worden verricht, wanneer de raadkamer, in het kader van de regeling van de rechtspleging, de rechtspleging niet kan regelen ...[+++]

Par cet arrêt, la Cour a annulé l'article 7, précité, de la loi du 14 janvier 2013, tel qu'il avait été modifié par l'article 3 de la loi du 25 avril 2014 portant des dispositions diverses en matière de Justice, mais uniquement dans la mesure où il a pour effet de suspendre la prescription de l'action publique lorsque, dans le cadre du règlement de la procédure, le juge d'instruction ou la chambre des mises en accusation décident que des actes d'instruction complémentaires doivent être accomplis, lorsque la chambre du conseil, dans le cadre du règlement de la procédure, ne peut régler la procédure à la suite d'une requête introduite par la partie civile conf ...[+++]


». b. Bij arrest van 24 juni 2015 in zake Robert Peeters tegen de Belgische Staat, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 18 augustus 2015, heeft het Hof van Beroep te Brussel de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt het artikel 57 van het Wetboek van Inkomstenbelastingen 1992 (WIB 92) in combinatie met artikel 53, 2° van het zelfde wetboek, de artikelen 10 en 11 van de Gecoördineerde Grondwet in samenhang met de artikelen 170 en 172 van dezelfde Grondwet, doordat de fiscale aftrekbaarheid in de personenbelasting van een aantal kosten vermeld in artikel 57 WIB 1992 afhankelijk wordt gesteld van de verantwoording door individue ...[+++]

». b. Par arrêt du 24 juin 2015 en cause de Robert Peeters contre l'Etat belge, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 18 août 2015, la Cour d'appel de Bruxelles a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 57 du Code des impôts sur les revenus 1992 (CIR 92), combiné avec l'article 53, 2°, du même Code, viole-t-il les articles 10 et 11, combinés avec les articles 170 et 172, de la Constitution coordonnée en ce que la déductibilité fiscale à l'impôt des personnes physiques d'un certain nombre de dépenses mentionnées à l'article 57 du CIR 92 est subordonnée à la condition qu'elles soient justifiées par des fiches individuelles et un ...[+++]


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters J. Spreutels en E. De Groot, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter J. Spreutels, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij arrest van 12 december 2014 in zake de nv « Etablissements L. Lacroix Fils » tegen de stad Bergen, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 22 december 2014, heeft het Hof van Beroep te Bergen de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 7 van de wet van ...[+++]

La Cour constitutionnelle, composée des présidents J. Spreutels et E. De Groot, et des juges A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président J. Spreutels, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par arrêt du 12 décembre 2014 en cause de la SA « Etablissements L. Lacroix Fils » contre la ville de Mons, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 22 décembre 2014, la Cour d'appel de Mons a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 7 de la loi du 23 décembre 1986 relative au recouvre ...[+++]


Ingevolge het arrest nr. 109/2004 van 23 juni 2004, is het beroep tot vernietiging evenwel zonder voorwerp geworden in zoverre het betrekking heeft op artikel 32, § 1, eerste lid, van de bestreden wet, dat bij voormeld arrest is vernietigd in zoverre het de vereffenings- en verkrijgingsuitkeringen die zijn toegekend of betaalbaar zijn gesteld vóór 1 januari 2003 aan de roerende voorheffing onderwerpt.

Par suite de l'arrêt n° 109/2004 du 23 juin 2004, le recours en annulation n'a toutefois plus d'objet dans la mesure où il porte sur l'article 32, § 1, alinéa 1, de la loi attaquée, annulé par l'arrêt précité en tant qu'il soumet au précompte mobilier les bonis de liquidation et d'acquisition qui ont été attribués ou mis en paiement avant le 1 janvier 2003.


Ingevolge het arrest nr. 109/2004 van 23 juni 2004, zijn de beroepen tot vernietiging evenwel zonder voorwerp geworden in zoverre zij betrekking hebben op artikel 32, § 1, eerste lid, van de bestreden wet, dat bij voormeld arrest is vernietigd in zoverre het de vereffenings- en verkrijgingsuitkeringen die zijn toegekend of betaalbaar zijn gesteld vóór 1 januari 2003, aan de roerende voorheffing onderwerpt.

Par suite de l'arrêt n° 109/2004 du 23 juin 2004, les recours en annulation n'ont toutefois plus d'objet dans la mesure où ils portent sur l'article 32, § 1, alinéa 1, de la loi attaquée, qui a été annulé par l'arrêt précité en tant qu'il soumet au précompte mobilier les bonis de liquidation et d'acquisition attribués ou mis en paiement avant le 1 janvier 2003.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'ingevolge voormeld arrest' ->

Date index: 2024-01-23
w