57. onderstreept dat de meeste EU27-lidstaten weliswaar nationale stelsels voor een minimuminkomen toepassen, maar dat een aantal ervan daar niet in heeft voorzien; verzoekt de lidstaten te voorzien in stelsels voor een gegarandeerd minimuminkomen w
aardoor armoede kan worden voorkomen en sociale inclusie wordt bevorderd, en dringt erop aan dat zij de beste praktijken uitwisselen; erkent dat indien sociale steun wordt aangeboden, de lidstaten ook de plicht hebben ervoor te zorgen dat de burgers datgene waar zij recht op hebben kunnen begrijpen en verkrij
...[+++]gen;
57. souligne que, bien que la majorité des États membres de l'UE-27 dispose de systèmes nationaux de revenu minimum, plusieurs autres n'en disposent pas; demande aux États membres de prévoir la mise en place de systèmes de revenu minimum garanti prévenant la pauvreté, favorisant l'inclusion sociale, et insiste pour qu'ils échangent les meilleures pratiques; reconnaît que, si l'aide sociale est proposée, il est du devoir des États membres de s'assurer que les citoyens comprennent et soient en mesure d'obtenir ce à quoi ils ont droit;