H
et is immers niet onredelijk de duur van de vergunningen en erkenningen van de verzamelaars in beginsel op vijf jaar vast te stellen, waarbij wordt voorzien in een minder lange principiële duur - drie jaar - voor de wapendrachtvergunningen, vermits de regels inzake de mogelijkheid om het wapen te dragen, strikter moeten zijn dan die welke betrekking hebben op het voorhanden hebben ervan, en waarbij wordt voorzien in een princip
ieel langere duur - zeven jaar - voor de beroepsactiviteit van wapenhandelaar en tussenpersoon, vermits het bewijs van de beroeps
...[+++]bekwaamheid en van de herkomst van de financiële middelen met betrekking tot die activiteit een zekere stabiliteit van het beroep kunnen aantonen.
Il n'est en effet pas déraisonnable de fixer en principe à cinq ans la durée des autorisations et agréments des collectionneurs, tout en prévoyant une durée de principe moindre - trois ans - pour le permis de port d'arme, puisque l'encadrement de la capacité de porter l'arme doit être plus strict que celui de sa détention, et tout en prévoyant une durée de principe supérieure - sept ans - pour l'activité professionnelle d'armurier et d'intermédiaire, puisque la preuve de la compétence professionnelle et de l'origine des fonds liés à cette activité est de nature à démontrer une certaine stabilité de la profession.