« Het forfaitaire bedrag van de interesten bedoeld in de artikelen 17 en 19 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992, inbegrepen in de faciale waarde van de lineaire obligatie uitgegeven door de Belgische Staat en belastbaar in hoofde van elke houder pro rata de periode van het aanhouden van de mantel, wordt bepaald door middel van het lineair geïnterpoleerde rendement van de effecten die recht geven op interestbetalingen op de dag waarop de verhandeling van de mantel en het recht op iedere interestbetaling als zelfstandige gedematerialiseerde effecten gemachtigd werd.
« Le montant forfaitaire des intérêts visés aux articles 17 et 19 du Code des impôts sur les revenus 1992, compris dans la valeur faciale de l'obligation linéaire émise par l'Etat belge et imposables dans le chef de chaque détenteur au prorata de la période de détention du manteau, est déterminé au moyen du rendement interpolé linéairement des titres qui donnent droit aux paiements d'intérêts au jour où la négociation du manteau et du droit sur chaque paiement d'intérêt en tant que titres indépendants dématérialisés fut approuvée.