Art. 2. Onverminderd de bepalingen van de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen en het koninklijk besluit van 6 februari 1997 tot vaststelling van een recht op onderbreking van de beroepsloopbaan in toepassing van artikel 7, § 2, 1° van de wet van 26 juli 1996 tot bevordering van de werkgelegenheid en tot preventieve vrijwaring van het concurrentievermogen, kunnen de werknemers hun beroepsactiviteit onderbreken voor de periode van minimum 3 maanden tot één jaar in zoverre zij aan de hierna volgende voorwaarden voldoen :
Art. 2. Sans préjudice des dispositions de la loi de redressement du 22 janvier 1985 portant des dispositions sociales et de l'arrêté royal du 6 février 1997 instaurant un droit à l'interruption de la carrière professionnelle en application de l'article 7, § 2, 1° de la loi du 26 juillet 1996 relative à la promotion de l'emploi et la sauvegarde préventive de la compétitivité, les travailleurs peuvent interrompre leurs activités professionnelles pour une période de 3 mois minimum à un an à condition qu'ils satisfassent aux conditions suivantes :