In afwijking van artikel 151, tweede lid, worden tot 31 december 1994 de raadsheren in de hoven van beroep en de voorzitters en ondervoorzitters der rechtbanken van eerste aanleg binnen hun rechtsgebied door de Koning benoemd uit twee lijsten van twee kandidaten, de ene door die hoven, de andere door de provincieraden voorgelegd.
Jusqu'au 31 décembre 1994, les conseillers des cours d'appel et les présidents et vice-présidents des tribunaux de première instance de leur ressort, par dérogation à l'article 151, alinéa 2, sont nommés par le Roi, sur deux listes doubles, présentées l'une par ces cours, l'autre par les conseils provinciaux.