In hoofdzaak beoogde dit begrip van financieel recht (waarnaar artikel 105, 1°, c, KB/WIB 92, nog steeds verwijst niettegenstaande de opheffing van artikel 1 van het KB 185) de ondernemingen die uitsluitend ten bate van de vennootschappen van de groep als thesaurievennootschap werkzaam zijn.
En substance, cette notion de droit financier (à laquelle renvoie toujours l'article 105, 1°, c, AR/CIR 92, nonobstant l'abrogation de l'article 1 de l'AR 185) visait les entreprises agissant comme sociétés de trésorerie au profit exclusif des sociétés de leur groupe.