3.5. Het geregistreerde HPC mag niet hoger zijn dan 1 000 over de helft van het testoppervlak van het botslichaam in de vorm van het hoofd van een kind en bovendien niet hoger dan 1 000 over 2/3 van de testoppervlakken van het botslichaam in de vorm van het hoofd van een kind en dat in de vorm van het hoofd van een volwassene samen.
3.5. Le HPC enregistré ne dépasse pas 1 000 sur la moitié de la surface d’essai de la tête factice d’enfant et, en outre, ne dépasse pas 1 000 sur les 2/3 des surfaces d’essai combinées des têtes factices d’enfant et d’adulte.