Traduction de «hoeveel tweetalige personeelsleden » (Néerlandais → Français) :

2. Hoeveel tweetalige personeelsleden (Frans-Duits) telt de NMBS?
2. La SNCB compte combien de personnes bilingues français/allemand dans ses rangs?

1. Kan u, per dienst en opgesplitst per taalgroep, melden hoeveel personeelsleden tweetalig dienen te zijn en hoeveel daarvan effectief een brevet van tweetaligheid hebben, uitgereikt door Selor?
1. Pourriez-vous indiquer, par service et par groupe linguistique, combien de membres du personnel doivent être bilingues et combien d'entre eux se sont réellement vu délivrer un brevet de bilinguisme par Selor?

2. Kan u meedelen op welke gronden de overige personeelsleden van deze diensten niet tweetalig dienen te zijn en om hoeveel personen het gaat, per dienst en per taalgroep?
2. Pourriez-vous indiquer, par service et par groupe linguistique, les motifs sur la base desquels les autres membres du personnel de ces services ne doivent pas être bilingues en précisant le nombre de personnes concernées?

Hoeveel van deze personeelsleden zijn Nederlandstalig / Franstalig / Duitstalig / tweetalig?
Combien d'entre eux sont-ils néerlandophones, francophones, germanophones, bilingues ?

Hoeveel personeelsleden van de Nederlandse, respectievelijk de Franse taalgroep zijn voor het ogenblik werkzaam in deze diensten, waarin de personeelsleden tweetalig moeten zijn; hoeveel onder hen zijn wettelijk tweetalig?
Combien de membres du personnel des groupes linguistiques néerlandophone et francophone travaillent actuellement dans ces services, dont les membres du personnel doivent être bilingues?

6. a) Op basis van welk criterium wordt het personeel aangeworven in de tweetalige diensten van de gewestelijke directie Brussel? b) Wordt daarbij een taalcriterium gehanteerd? c) Hoeveel personeelsleden van deze diensten zijn niet wettelijk tweetalig?
Quelle est la répartition du personnel par groupe linguistique? 6. a) Sur la base de quel critère le personnel est-il recruté dans les services bilingues de la direction régionale de Bruxelles? b) Est-il tenu compte, à cet égard, d'un critère linguistique? c) Combien de membres du personnel de ces services ne sont pas bilingues, au sens légal du terme?