De wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken, gecoördineerd op 18 juli 1966, zijn van toepassing zowel op de persoon die de verkoop organiseert (artikel 52 van voornoemde wetten), aangezien hij de taal moet gebruiken van het gebied waar zijn exploitatiezetel gevestigd is, als op de gerechtsdeurwaarders met betrekking tot de handelingen die zij in de hoedanigheid van openbaar ambtenaar vervullen (artikel 1 van voornoemde wetten).
Les lois sur l'emploi des langues en matière administrative, coordonnées le 18 juillet 1966, sont applicables tant à l'organisateur de la vente (article 52 desdites lois), qui doit utiliser la langue du lieu de son siège d'exploitation, qu'aux huissiers de justice pour les actes qu'ils accomplissent en leur qualité d'officier public (article 1er desdites lois).